De tweede periode is ingegaan en dat betekent natuurlijk weer: een nieuw weblogopdracht. Na een tijdje zitten twijfelen tussen twee schrijvers, heb ik uiteindelijk voor het boek “Zoete mond” van Thomas Rosenboom gekozen. Mijn keuze kwam door de titel. Zo een titel kan zoveel verklaringen hebben, waardoor ik mezelf wel moest verplichten om het boek te lezen en erachter zien te komen waarom het boek zo heet.
Thomas Rosenboom is een veelbelovende schrijver uit het laatste decennium. De reden waarom Thomas “Zoete mond” geschreven heeft, is omdat hij iets anders op papier wilde neerzetten dan wat men van hem gewend was te lezen. Bij zijn andere boeken zag hij een verhaallijn met een begin, een climax en een einde. Bij “Zoete mond” schreef hij het boek juist met een sfeer en gevoel in plaats van een strakke verhaallijn.
Thomas Rosenboom werd geboren in 1956 in Doetinchem, maar hij groeide op in Arnhem. Toen hij in Nijmegen psychologie studeerde, stopte hij met die studie om Nederlands te studeren in Amsterdam. Vervolgens richtte hij zich tijdens zijn studie en na de afronding van de opleiding Nederlands op schrijven. Hij debuteerde in 1983 met de verhalenbundel “De mensen thuis” en heeft vervolgens in zijn schrijfcarrière twee keer de Libris Literatuur Prijs toegereikt gekregen. Dit is tot de dag van vandaag nog geen enkele schrijver gelukt.
Het boek is verdeeld in drie delen. Dit was ook het geval bij het vorige boek die ik in de eerste periode gelezen heb. Verder wordt het verhaal uit een meervoudig perspectief verteld.
Deel 1
Het verleden en heden van de dierenarts Rebert wordt op een niet-chronologisch volgorde verteld. De dierenarts staat bekend als een goede arts in zijn dorp en dat zijn omgang met dieren uniek is. In dit deel van het boek komen de flashbacks van Rebert’s naar voren en leren we een ander belangrijk personage kennen: Jan de Loper. Hij heeft zijn bijnaam te danken aan het feit dat hij veel reizen heeft afgelegd te voet.
Deel 2
In dit deel wordt het verhaal over een witte walvis die Duitsers proberen te vangen verteld. De witte walvis speelt een grote rol in dit deel van het boek. De witte walvis heet Moby Dick en als gevolg van een storm die op 9 mei 1966 heeft plaatsgevonden, is de walvis in de stroming geraakt door de Noordzee. Hij komt ook in Duitsland terecht. Daar bevindt zich de Duitse onderzoeker de Heer Gewalt die dolgraag de walvis wil vangen. Het vangen van de walvis is echter moeilijker dan het lijkt.
Deze gebeurtenis wil ik in het daglicht zetten. Rebert keerde terug in Angelen en pikte zijn oude leven op. Maar men kwam niet meer bij hem op bezoek om vragen te stellen over hun dieren. Verder was Laura ook vertrokken. Zij vond haar oude liefde weer terug en ging op het eiland Fair Isle wonen. Ze had Rebert al vaak genoeg verteld hoe erg ze onder de indruk was over het eiland, dus het verbaasde hem niets dat ze daarheen vertrokken was. Wat ik wel opmerkelijk vind, is dat Laura hem een brief geschreven heeft waarin ze uitlegt dat ze vertrokken is en een nieuw leven is begonnen met een andere man, Paul genaamd.
Naar mijn mening was het beter geweest als ze hem face to face alles had verteld in plaats van door een brief te schrijven. Ik vind dit een beetje aan de laffe kant. Ik had verder liever een boek gelezen die niet weer uit 3 delen bestond, omdat ik dat bij mijn vorige weblogopdracht ook al had.
Het is erg moeilijk om een gebeurtenis eruit te halen die mij het meest aanspreekt, want er gebeurt heel veel door de 3 delen door.
Ik vond het soms aan de grappige kant en niet geloofwaardig, omdat het over de walvis Moby Dick ging.
Dit heeft voor mij bevestigd dat er veel gebruik gemaakt is van fantasie in het verhaal, want mij is altijd wijsgemaakt dat de grote, witte walvis Moby Dick nooit echt bestaan. Ondanks dat het boek dus aan de lange kant is, had het in mijn ogen een grappige wending.
Toch wel een aanrader voor je boekenlijst!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten